Tekortschieten op een bed violen

Ik denk dat niets menselijks mij vreemd is, maar vooraan in het gewelddadige gedrang van emoties, passies en driften staat schuldgevoel—paraat en gepantserd, maar met open vizier. Als goed gereformeerde jongen ben ik namelijk altijd bereid me ergens schuldig over te voelen.

Ik denk niet dat dit komt door een autoritair inpeperen met erfzonde en de verplichtingen die de kruisgang met zich meebracht, al die dingen die als giftig strooigoed over de hoofdjes van de kleintjes worden geworpen—pepernoten van arsenicum, schuimpjes van vitriool. Natuurlijk hebben deze uiteenzettingen een verreikende invloed op de kindjes, maar het schuldgevoel dat ze kweken is meer een prototype c.q. stereotype katholiek schuldgevoel, oftewel een overheersen van schaamte. Schaamte betreffende lichamelijkheid; individualiteit (het katholicisme is weinig als geen collectiverende kracht), en daarmee de eigen prestaties en ideeën; welvaart; bekoring (alleen de Kerk bekoort terwijl ze tegelijkertijd angst inboezemt); en natuurlijk seksualiteit.

Het gereformeerde schuldgevoel is ook zeker niet gespeend van een ongezonde dosis afkeer wat de fysieke daad der liefde betreft, tot het op punt van eigenlijke steriliteit: mannen en vrouwen vervormd niet tot de heerlijke verwarring van androgyne schepsels, maar tot a- en antiseksuele wezens. Maar daarvan afgezien is het protestante en vooral het gereformeerde schuldgevoel er een van tekortschieten: tekortschieten ten opzichte van de serene heiligheid van de Gezalfde, ten opzichte van de kaarsrechte ideologie van de dominee, ten opzichte van de gedreven helden uit de Schrift, en vooral in vergelijk met de hartstocht en de diepgang van het geloof van andere leken. Het gezinnetje daar voorin de kerk lijkt veel geloviger; als deze mensen bidden voor het eten lijken ze het echt te menen; als dit jongetje van mijn leeftijd voorleest uit Deuteronomium of Job—de twee meest perfide en sadistische boeken uit de Bijbel, om zeer heterogene redenen—lijkt hij het echt interessant te vinden.

Hoe je ook je best doet, er is altijd wel iemand die de Bijbel beter kent en begrijpt, of er geen moeite mee heeft om zich iedere week naar catechisatie te slepen. Dit alles brengt een heel ander schuldgevoel teweeg: de schuld komt niet voort uit een permanente angst fouten te maken in de ogen van het collectief (schaamte), maar uit een pervers, geïnternaliseerd mechanisme van zelfbestraffing (gevoel van tekortschieten).

Als we het bovenstaande even voor algemeen geldend houden (daarmee voorbijgaand aan de mogelijkheid dat katholieken het misschien heel anders zien), kunnen we proberen ons het volgende voor te stellen: hoe groot dit schuldgevoel wordt als een kind op een gereformeerde school niet gelooft maar wel wil geloven. Het is het ultieme, fundamenteelste en meest verpletterende tekortschieten. Overtuigd zijn van de oprechtheid van de belijdenis van anderen, maar hier zelf niet toe in staat. Wat een treurnis, wat een mentale zelfkastijding. Katholieken voerden in Spanje het auto-da-fé in een grote parade uit; een gereformeerde kan dit helemaal zelf.

Een residu van dit complex aan gevoelens sluimert nog steeds als een mansgrote valstrik in mijn geest, en ik ben er dankbaar voor. Ik voel me schuldig als ik te weinig lees, dus lees ik meer. Ik vind dat ik constant tekortschiet in vriendschappen, dus bel en sms ik, en stuur ik ansichtkaarten om mijn geweten te zuiveren. Ik ben bang mijn blijdschap over cadeaus niet goed te kunnen tonen, dus dwing ik mezelf lyrisch te zijn. Ik vind dat ik als mens moreel tekortschiet, dus lees ik dag- en opiniebladen om betrokken te blijven, en koop ik altijd de straatkrant die ik direct bij het oud papier gooi. Ik schrijf veel te weinig, dus dwing ik mezelf om half 7 uit bed te komen en blijf ik tot diep in de nacht op om te typen en te redigeren. Wat zou uit mijn handen komen zonder deze wrede drijfveer?

Mensen zeggen wel eens dat ze mijn discipline bewonderen. Maar ik heb helemaal geen discipline, ik heb iets veel beters.

Ik heb gereformeerd schuldgevoel.

Dit bericht is geplaatst in Dromen, Herinneringen, Voor Vandaag, Wanhoop met de tags , , , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.

3 reacties op Tekortschieten op een bed violen

  1. Carla schreef:

    Okeeee… ik zou niet zo dankbaar zijn voor gereformeerd schuldgevoel, ik lust liever discipline. Voelt meer aan als ‘eigen baas’.
    Om met Anna Enquist te spreken: ‘Als er geen tijds- en prestatiedruk meer is, komt het op discipline aan die alleen met hartstocht te voeden is.’ (uit: Contrapunt)
    ’t Lijkt me vruchtbaarder om je te voeden met je hartstocht (en ook: je hartstocht aan te wakkeren), dan slaaf te zijn van schuldgevoel. In de plomp met dat schuldgevoel!
    En:
    Met schuldgevoel hoef je ook niet zelf verantwoordelijk te zijn, gedreven door hartstocht wel. Dus: ben je bang om verantwoordelijk te zijn voor je daden?
    Of is dat juist de reden waarom je schuldgevoel béter vindt dan discipline: omdat het je ontheft van verantwoordelijkheid?

    Offeh… zie ik nu een ironie helemaal over het hoofd?

Laat een reactie achter aan cronda Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.